Testen van uw bloedglucose

Bloedglucosetest met vingerprik

Testen van uw bloedglucose

Het testen van uw bloedglucose, ook wel bekend als SMBG (Self-Monitoring of Blood Glucose), is een methode om altijd en overal te controleren hoeveel glucose (suiker) in uw bloed zit met behulp van een glucosemeter. Uw arts kan uw glucose ook testen op basis van een bloedstaal dat in het laboratorium wordt gecontroleerd.

Streefwaarden voor bloedsuiker voor niet-zwangere volwassenen*

Voor de maaltijd: 80-120 mg/dl (4,4 - 7,2 mmol/l)
Na de maaltijd: Minder dan
180 mg/dl (10,0 mmol/l)

Uw arts gebruikt wat men een HbA1C-test (geglyceerd hemoglobine) noemt, om te zien wat uw gemiddelde bloedsuikerspiegel was over de voorbije drie maanden. De test wordt gebruikt voor alle diabetestypes en laat u en uw arts zien hoe goed u op uw behandelplan reageert. Het aanbevolen doel is om het niveau onder de zeven procent (7%) te houden. Uw arts zal met u praten over het doel dat voor u geschikt is. De HbA1C-test wordt ook soms de hemoglobine A1C-, A1C- of glycohemoglobinetest genoemd.

Het belang van zelf testen

Uw HbA1C-testresultaat toont niet de dagelijkse effecten van voedselkeuzes en activiteit op uw bloedglucosespiegel. Een bloedglucosemeter is een goede manier om het onmiddellijke effect van voedingskeuzes en activiteit op uw bloedglucosespiegel te testen en op te volgen. Zo kunt u onmiddellijk actie ondernemen om uw glucosespiegel binnen het bereik te brengen aanbevolen door uw arts. Uw arts kan zich naast uw HbA1C-testresultaat ook baseren op de bloedglucoseresultaten van uw glucosemeter om uw behandelingsschema te beoordelen en aan te passen.

Het verband tussen HbA1C en de gemiddelde bloedsuikerspiegel.

Aanbevolen bereik

Aangepast op basis van 'Standards of Medical Care in Diabetes'. American Diabetes Association – 2018.

Wanneer testen* en waarop letten – een praktische gids

Gebruik deze eenvoudige tabel om u eraan te herinneren wanneer u moet testen en waarop u moet letten om u te helpen bij uw dagelijkse bloedglucosebeheer, vooral als u voor uw diabetes insuline neemt.

Wanneer testen

Waarop letten

Vroeg in de ochtend, voordat u eet of drinkt

Hoe heeft uw lichaam / de medicatie uw bloedglucose 's nachts gereguleerd?

Voor elke maaltijd

Hoe doeltreffend is de dosering van uw diabetesmedicatie tussen maaltijden?
Hoe kunt u uw voedingskeuze (koolhydraten) en portie(s) voor de maaltijd aanpassen?

1-2 uur na de maaltijd

Het effect van voedsel en/of medicatie op uw bloedglucosewaarden

Vóór een fysieke activiteit

Of u de lichaamsbeweging beter later doet of uitstelt
Of u eerst een snack neemt voordat u aan de lichaamsbeweging begint

Tijdens en na de fysieke activiteit

Welke invloed heeft een fysieke activiteit op uw bloedglucose?
Of uw activiteit enig vertraagd effect heeft op uw bloedglucose

Voor het slapengaan

Of u een snack nodig hebt voor het slapengaan

Voor het autorijden

Of u het rijden moet uitstellen en moet ingrijpen om veilig te rijden

Zoals gesuggereerd door uw professionele zorgverlener

Hoe goed uw behandelplan werkt

Mogelijk moet u uw bloedglucose vaker testen* als:

  • u hypoglycemie (een lage bloedsuikerspiegel) of hyperglycemie (een hoge bloedsuikerspiegel) hebt;
  • u begint met het nemen van nieuwe, voorgeschreven diabetesmedicatie;
  • de dosis van uw diabetesmedicatie werd aangepast;
  • u nieuw voedsel probeert;
  • u ziek bent of zich niet goed voelt.

*Vraag uw arts altijd of, wanneer en hoe vaak u uw bloedglucose moet testen.

Uw bloedglucoseresultaten registreren:

  • U kunt een logboek bijhouden, waarin u uw bloedglucosemetingen manueel kunt vastleggen.
  • U kunt logboeken vinden bij uw arts, apotheker, in gezondheidszorgcentra en zelfs online. (Download er een hier).
  • Werk uw bloedglucosegegevens altijd bij en neem ze mee bij uw bezoeken aan de arts. Uw professionele zorgverleners kunnen ze gebruiken om het juiste behandelplan voor u te bepalen.

Bron:

American Diabetes Association. (ADA) Standards of Medical Care in Diabetes–2019. Diabetes Care 2019; 42, Suppl. 1.

BE-GEN-2100024